Wanneer jullie besloten hebben om te gaan scheiden moet er een aantal financiële zaken goed geregeld worden. Wie gaat er in het huis wonen, hoe zit het met pensioenen en verzekeringen?
Wonen
Met de analyse van jullie financiële situatie maken we een reële inschatting of één van jullie in de huidige huur- of koopwoning kan blijven wonen.
Voor een huurwoning geldt dat de huur overgezet moet worden naar één van de partners. Als deze al de hoofdhuurder is en voldoende inkomen heeft om de huur te voldoen, zal er dikwijls geen belemmering zijn om de huur over te nemen. Sommige verhuurders hanteren strikte regels over de huurovername (door de andere partner).
Als één van jullie in de koopwoning wil blijven wonen wordt er gekeken naar het volgende:
– Wat is het inkomen van deze partner.
– Wat is de hoogte van de hypotheek, wat zijn de maandlasten en wat is er opgebouwd in de hypotheek.
– Kan de wonende partner de ander uitkopen en een nieuwe hypotheek verkrijgen?
– De verschillende alternatieven spreken we zorgvuldig met jullie door.
Verzekeringen
Oude verzekeringen als levensverzekeringen, beleggingsverzekeringen, autoverzekeringen, studieverzekeringen, inboedelverzekeringen etc. worden tijdens de scheiding ‘ontvlecht’ zodat je ook hierin niet meer met elkaar verbonden bent. Verzekeringen met een waarde, zoals levensverzekeringen, lijfrentes en kapitaalverzekeringen worden verdeeld of afgekocht. De consulent van Scheiden met visie legt je dit alles duidelijk uit en adviseert je wat je voor je nieuwe situatie het beste kunt kiezen.
Financiële analyse
Tijdens de scheiding maken jullie afspraken over de verdeling van schulden en bezittingen. Bezittingen worden verdeeld naar gelang jullie situatie. Ben je in gemeenschap van goederen getrouwd, dan wordt alles 50/50 verdeeld. Bij huwelijkse voorwaarden verdeel je zoals afgesproken in de akte van huwelijkse voorwaarden. Dat geldt ook voor schulden. Hierbij kun je denken aan de hypotheekschuld, maar ook andere schulden als kredieten, creditcards of schulden bij postorderbedrijven.
De consulent van Scheiden met visie analyseert jullie situatie, zodat je weet wat je tegoeden of schulden zijn op het moment dat jullie uit elkaar gaan.
Pensioen
Bij een scheiding moeten ook de tijdens het huwelijk opgebouwde pensioenrechten verdeeld worden. Dat is een ingewikkelde kwestie. Laat je dus goed adviseren, om problemen in de toekomst te voorkomen.
Partnerpensioen
Bij een scheiding vindt een verdeling plaats van het opgebouwde partnerpensioen. Na echtscheiding dient de pensioenverzekeraar te worden geïnformeerd. Die is dan verplicht om het tot de datum van echtscheiding opgebouwde partnerpensioen te splitsen in een premievrije aanspraak voor de ex-partner. Dit wordt het bijzonder partnerpensioen genoemd. Bij opbouw van het nabestaandenpensioen op risicobasis is er geen waarde, dus ook geen aanspraak.
Verevening Pensioenrechten
Tevens vindt er een verdeling plaats van het opgebouwde ouderdomspensioen. Wie na 1 mei 1995 is gescheiden, heeft recht op de helft van de gedurende het huwelijk opgebouwde aanspraak op ouderdomspensioen. Als beide partners pensioen hebben opgebouwd, kan er verevening over-en-weer plaatsvinden. Jullie kunnen onder voorwaarden afwijken van de wettelijke voorschriften tot verevening en eventueel besluiten dat geen verevening zal plaatsvinden.
Bijzonderheden ouderdomspensioen: conversie
Echtgenoten kunnen afspreken dat het gedeelte van het ouderdomspensioen waar de andere echtgenoot recht op heeft, samen met het bijzonder nabestaandenpensioen wordt omgezet in een eigen pensioenrecht van de andere echtgenoot. Dit heet conversie. Het gevolg van conversie is dat de andere echtgenoot een geheel zelfstandig pensioenrecht verkrijgt dat niet meer afhankelijk is van de echtgenoot die het heeft opgebouwd maar zal worden uitgekeerd vanaf het moment waarop de andere echtgenoot zelf 65 jaar wordt.
Melden van pensioenafspraken na scheiding
De afspraken die door de echtgenoten zijn gemaakt over de verdeling van het ouderdomspensioen moeten binnen twee jaar na de echtscheiding worden doorgegeven aan de betrokken pensioenfondsen. Als de afspraken niet binnen deze termijn worden doorgegeven aan het pensioenfonds blijft het recht op uitkering bestaan maar moeten de echtgenoten de verdeling zelf uitvoeren.